Type 1 Overspanningsbeveiliging (Groffe bescherming):
- Toepassing: Deze wordt geïnstalleerd aan het begin van de elektrische installatie, meestal direct achter de hoofdschakelaar.
- Functie: Beschermt tegen directe blikseminslagen en sterke inductieve overspanningen.
- Kenmerken:
- Vangt de grootste energie van de overspanning op.
- Heeft een hoge doorlaatstroom (meestal tot 100 kA).
- Wordt vaak toegepast in gebouwen met externe bliksemafleiders.
Type 2 Overspanningsbeveiliging (Middelmatige bescherming):
- Toepassing: Wordt geïnstalleerd in verdeelkasten en subverdeelborden binnen het gebouw.
- Functie: Beschermt tegen overspanningen die intern in het systeem kunnen optreden, zoals door schakelen van grote belasting of indirecte blikseminslagen.
- Kenmerken:
- Vermindert de overspanning naar een veilig niveau voor de meeste huishoudelijke apparaten.
- Heeft een doorlaatstroom tot 40 kA.
Type 3 Overspanningsbeveiliging (Fijne bescherming):
- Toepassing: Wordt dicht bij de te beschermen apparatuur geïnstalleerd, zoals stopcontacten of specifieke apparatuur.
- Functie: Biedt de laatste bescherming tegen resterende overspanningen.
- Kenmerken:
- Beschermt gevoelige elektronica zoals computers, tv’s en huishoudelijke apparaten.
- Heeft een lagere doorlaatstroom (tot 20 kA).